Oog om oog, tand om tand

Het is eerste stuk dat ik pak uit de doos met stukken die Sabine van de NVA me heeft gestuurd is "Oog om oog, tand om tand" van Eugène Labiche. Een echte Franse boulevardkomedie. Een echtgenoot, een muzikant, wordt door zijn vrouw betrapt als hij naar een dame van lichte zeden gaat en ze waarschuwt hem: "Oog om oog, tand om tand". Ze ziet hem naar binnen gaan en naar buiten bij de dame in kwestie en trekt haar conclusie. Wat zij niet weet is dat de lichtekooi niet is komen opdagen en dat haar man haar helemaal niet heeft bedrogen. Ze legt het aan met een graaf die wel interesse in haar heeft en hij komt bij haar thuis. De graaf wordt voortdurend door de boze echtgenoot buiten de deur gezet maar weet telkens weer binnen te komen. Hoogtepunt is het moment waarop ze vier notarisklerken binnenlaat. Geen dorre ambtenaren zoals je verwacht bij kantoorklerken, maar vier schuinsmarcheerders die het haar best naar de zin willen maken. De echtgenote wordt met de vier klerken in haar eigen huis opgesloten, maar in plaats van dat ze van de gelegenheid gebruik maakt zich te misdragen, volgt ze haar man naar het feest waar hij die avond moet spelen. Volgens een onnavolgbare logica ontwikkelt het stuk zich. Ik geniet er van maar acht het niet geschikt voor mijn groep.
In november regisseer ik Arto Post Laboro uit Schoonhoven, maar ik ben nog op zoek naar een passend stuk. (Wordt vervolgd)

Reacties

Populaire posts