Te veel



Ebony Bones: Don't fart on my heart

Soms gebeurt er te veel om al schrijvend bij te houden. Zo heb ik afgelopen week niet geschreven over de laatste repetitie op dinsdag van De Vrouw van de Zee (waar we uitgebreid repeteerden aan de laatste cruciale scène tussen Ellida, Wangel en de Vreemde Man), niet geschreven over de ontwikkelingen bij de band Het Gebroken Oor (die nogal heftig zijn, me heel erg bezig houden en waarvan ik niet zeker weet of ik er wel over wil en zal schrijven), over de laatste voorstelling van Rotjong op woensdag (drie monologen, waarvan vooral de laatste met de minste tekst me het meeste aansprak, en een korte preview van het stuk Hemel of Hel waarvan ik zeker heb genoten), de Plug & Play avond op donderdag bij het Rotterdamsch Studenten Gezelschap (met de bands The Statements en Island Stone, een heel gezellige bandjesavond, lekker druk), twee vergaderingen op vrijdag (één met het bestuur van Theaterverzamelgebouw De Banier en één met afvaardigingen van de besturen van Het Waterhuis en Rotjong over de toekomst van het nieuwe jeugdtheaterhuis), de voorstelling van Circus Rotjeknor op zaterdag (ter ere van het vijftienjarig bestaan in de Rotterdamse Schouwburg, een beetje een warrige show met een aantal spectaculaire acts, o.a. van Ethiopische circusartiesten) en tenslotte het bezoek met de spelers aan de Noorse Kerk op zondag (waarna ik zit te denken om de voorstelling niet in de huiskamer te spelen maar in de kerk zelf, in het donker). Dat komt o.a. omdat ik in de afgelopen week bezig geweest ben om mijn belevenissen op Motel Mozaïque te beschrijven, maar zelfs die heb ik niet tot het einde en in zijn geheel beschreven. De laatste band die ik zag, waarvoor ik in de rij moest staan bij Rotown, was Ebony Bones, een Bow Wow Wow-achtige punkgroep met drie dolgedraaide zwarte zangeressen, begeleid door bas, drum, gitaar en toetsen. Maar ook zag ik nog een nummertje Lucky Fonz III en een fragmentje Erik Vloeimans. Soms wordt het me gewoon allemaal te veel!

Reacties

Populaire posts