Zeven plekken # 03: Beatrixpark
Dit is de derde aflevering in een serie van zeven.
Het park heeft een slechte naam. Hier werd in vijf jaar geleden een meisje vermoord en wist een jongetje nog net te ontkomen door zichzelf dood te houden nadat ze beiden eerst seksueel waren misbruikt. De verkeerde dader werd opgepakt en pas veel later, onlangs, de echte, lang na deze ontmoeting in 2005. Het is de dag van de begrafenis van prinses Juliana en meer dan drie en een half miljoen Nederlanders zitten voor de televisie als wij elkaar hier ontmoeten. Het park is daardoor bijna verlaten, ondanks het mooie weer aan het einde van maart. Wij zijn hier voor het eerst. Ik ben me niet bewust van de gruwelijke gebeurtenissen die hier hebben plaatsgevonden. Gearmd zoeken we naar een bankje. We nemen niet de moeite het park al te ver in te lopen en kiezen voor het eerste de beste bankje. We eten en drinken samen. Langzamerhand komen we steeds dichter naar elkaar toe. Omhelzen elkaar. Zoenen elkaar. Haar lippen zijn vol en zacht. Opeens komt het idee in mijn hoofd daar ter plekke met haar te vrijen. Wat kan het schelen? Ik wil haar, hier en nu, op dit moment! Ik stel het haar voor om ons (daar!) achter de bomen te verschuilen en het hier en nu te doen. Ze vraagt of ik condooms bij me heb. Dat heb ik niet. Even valt er een stilte. Het is een nuchtere en logische vraag, ik had hem zelf kunnen bedenken en stellen. De opwinding van het moment, de verliefdheid, de romantiek deden me alles vergeten. Zij weet wat ik in het verleden heb gedaan, met vrouwen, met mannen, met hoeren. Maar onveilige seks, daar heb ik me nooit aan bezondigd. We gaan weer zitten. Als we vertrekken springt ze opeens in mijn armen en zegt: "Ik wil altijd bij je blijven!" We schrikken er allebei van. Ik houd haar in mijn armen, maar verstijf even. Altijd bij elkaar blijven, dat zou mooi zijn. Elkaar nooit meer loslaten. We weten allebei dat het niet kan, op de een of andere manier voelen we allebei tegelijk dat deze liefde niet kan blijven bestaan.
Het park heeft een slechte naam. Hier werd in vijf jaar geleden een meisje vermoord en wist een jongetje nog net te ontkomen door zichzelf dood te houden nadat ze beiden eerst seksueel waren misbruikt. De verkeerde dader werd opgepakt en pas veel later, onlangs, de echte, lang na deze ontmoeting in 2005. Het is de dag van de begrafenis van prinses Juliana en meer dan drie en een half miljoen Nederlanders zitten voor de televisie als wij elkaar hier ontmoeten. Het park is daardoor bijna verlaten, ondanks het mooie weer aan het einde van maart. Wij zijn hier voor het eerst. Ik ben me niet bewust van de gruwelijke gebeurtenissen die hier hebben plaatsgevonden. Gearmd zoeken we naar een bankje. We nemen niet de moeite het park al te ver in te lopen en kiezen voor het eerste de beste bankje. We eten en drinken samen. Langzamerhand komen we steeds dichter naar elkaar toe. Omhelzen elkaar. Zoenen elkaar. Haar lippen zijn vol en zacht. Opeens komt het idee in mijn hoofd daar ter plekke met haar te vrijen. Wat kan het schelen? Ik wil haar, hier en nu, op dit moment! Ik stel het haar voor om ons (daar!) achter de bomen te verschuilen en het hier en nu te doen. Ze vraagt of ik condooms bij me heb. Dat heb ik niet. Even valt er een stilte. Het is een nuchtere en logische vraag, ik had hem zelf kunnen bedenken en stellen. De opwinding van het moment, de verliefdheid, de romantiek deden me alles vergeten. Zij weet wat ik in het verleden heb gedaan, met vrouwen, met mannen, met hoeren. Maar onveilige seks, daar heb ik me nooit aan bezondigd. We gaan weer zitten. Als we vertrekken springt ze opeens in mijn armen en zegt: "Ik wil altijd bij je blijven!" We schrikken er allebei van. Ik houd haar in mijn armen, maar verstijf even. Altijd bij elkaar blijven, dat zou mooi zijn. Elkaar nooit meer loslaten. We weten allebei dat het niet kan, op de een of andere manier voelen we allebei tegelijk dat deze liefde niet kan blijven bestaan.
Reacties