Over de kop

Om kwart over zes gaat de wekker. Vier minuten later sta ik op. Het is nog donker als ik om tien voor zeven buiten fiets. Ik houd in bij het naderen van het grote kruispunt vlakbij huis en vermeerder vaart als het stoplicht op groen springt. In de duisternis doemt het stukje trottoir op dat de linkerbaan van het fietspad van de rechterbaan scheidt. Ik wil de stoeprand ontwijken maar ik nader in volle vaart. Ik knijp hard in beide remmen. Iets te hard in de voorrem want het achterwiel komt omhoog en mijn fiets slaat over de kop. Zonder kleerscheuren kom ik terecht op het asfalt. Mijn rechterhand is een klein beetje geschaafd. De man achter me helpt me overeind. "Het is niets" zeg ik. Eén van de twee hoornen van mijn stuur, de rechter, is door de klap op het asfalt verbogen. Heeft misschien mijn klap opgevangen. Die zit in een knik van een graad of vijftien tegen het stuur. Ik trek de hoorn eraf, stop hem in mijn rechterjaszak, en fiets verder. Al snel heb ik wederom dezelfde vaart als voorheen. Voor me fietst de man die me overeind hielp. Met ongeveer dezelfde snelheid rijd ik achter hem aan. Op de Goudse Singel versnel ik opnieuw en haal hem in. Ik ben bang te laat te komen. Volgens de routeplanner gaat mijn trein om 7.16 uur. In mijn hoofd gaat-ie om 7.13 uur. Om 7.10 uur kom ik aan op het station en moet ik mijn fiets nog stallen en een kaartje voor de trein kopen. Op het perron heeft de routeplanner gelijk en mijn hoofd het fout. De trein vertrekt op het aangegeven uur.

Illustratie: krokodil achter de ruit van het biologielokaal

Reacties

Populaire posts