Weer vier films

Het Lam Gods is de mooiste van de vier. Opnieuw ben ik op het International Film Festival Rotterdam, ditmaal net als vorig jaar op de Tijgerdag. Bovengenoemde film komt uit Argentinië en was dit jaar de openingsfilm. Een spannende politieke thriller die zowel in 1978 als 2002 speelt. Het duurt lang voordat ik door heb hoe de film in elkaar zit. Terwijl het eigenlijk zo makkelijk is. Er is een kind dat Guillermina heet en een vrouw met dezelfde naam. Maar pas heel laat krijg ik door dat het kind en de vrouw een en dezelfde persoon zijn. Dan pas zie ik ook dat aan de kleding goed te zien is in welke periode welke scène zich afspeelt. Maar ook voordat ik het door heb is het een reuzespannend verhaal. Goed gespeeld, vooral door de dubbele moeders en dochters. Een aangrijpend verhaal over moeilijke keuzes in het leven.

Wat viel me nog meer op? Dat het in Chili altijd onweert en regent, tenminste in de film die ik zag was dat zo. De hemel, de aarde en de regen heet de film. Veel natuurbeelden waarbij de hoofdpersoon, een beetje een suffe jonge vrouw, door heen sjokt. Ze wordt ontslagen bij de apotheek waar ze werkt, maakt niet echt contact met haar vriendin, een andere vriendin is aangerand en wil zelfmoord plegen, de man waarvoor ze zelf werkt doet een poging tot liefde, maar zo'n beetje alles mislukt. De film beweegt zich traag voort en duurt daardoor te lang. Toch geniet ik erg van een bijzonder lang shot waarin de hoofdrolspeelster niets anders doet dan van het ziekenhuis naar de boksschool lopen.

In Haïti schijnt gelukkig de zon maar in de film Eet, want dit is mijn lichaam gaat het om de tegenstelling tussen zwart en wit. Tien kleine negertjes lopen in ganzenmars naar een groot koloniaal landhuis. Daar worden ze gewassen en geschoren en in nette zwarte kostuums gehesen. Het huis is eigendom van twee in het wit geklede blanke vrouwen, geassisteerd door een in het zwart geklede jongeman. Een onbegrijpelijke film, vol betekeniszwangere beelden. Het gaat over voedsel, over de verdeling van voedsel tussen zwart en blank, over geboorte en dood. Ik laat de beelden over me komen. Tijdens een grappige scène waarin vier oude vrouwtjes, negerinnen in witte kleding, muziek playbacken, scratchend en aan knopjes draaiend, lopen veel mensen weg, maar ik geniet van het visuele spektakel.

Tenslotte mag er ook nog gelachen worden. Om de Ping Pong Koning uit Zweden. Een vette puber, die zoals alle pubers moeite heeft zichzelf te vinden. Hij twijfelt er aan wie zijn vader is. Hij heeft een moeizame relatie met zijn broer die misschien wel zijn halfbroer is. Ook is hij op zoek naar liefde. Van zijn moeder, van zijn vader, van zijn broer en het gebrilde meisje Anja, dat er lief kan glimlachen. Aan het einde van de film loopt alles uit de hand en wordt de sfeer grimmiger maar gelukkig komt alles goed. Eind goed, al goed, kunnen we de bioscoop verlaten en met een glimlach de straat op na een dagje tijgeren op het filmfestival.

Reacties

Populaire posts