Laatste eer
Als ik voor de kist sta om de laatste eer aan de overledene te bewijzen draai ik me nog even om om de kersverse weduwe nog even in de hand te knijpen. In het voorafgaande uur heb ik zoals dat vaak bij crematies gaat veel nieuwe oude dingen gehoord over de overledene. Hoe sportief hij was, hoe hij altijd een geïnteresseerd was in jou, hoe goddelijk zijn lichaam was, goed onderhouden door zijn sportieve gedrag. Nu is het goddelijke lichaam dan toch geveld. Lange verhalen, korte verhalen, gedichtjes. Een vriendin leest namens de weduwe een gedicht voor dat ook op de kaart afgedrukt stond. Over hoeveel ze van hem hield. Iets waar ikzelf tijdens alle ontmoetingen getuige van ben geweest. De man is te vroeg gestorven. Na een werkzaam leven eindelijk rust gevonden en nu dit. Dit alles begeleid door een grote dia boven de kist van de gestorvene in levende lijve op de voorplecht van een zeilboot. En begeleid door wonderlijke muziek. Niet de gebruikelijke sombere begrafenismuziek maar hier en daar vrolijke liederen uit binnen- en buitenland. In het Nederlands en in talen die ik niet kan thuisbrengen. Ik draai me om en knijp de achtergebleven echtgenote in haar hand. Een kus, fluistert ze en ik doe een stap naar voren. Naast haar op de schoot van een vriend ligt de hond van het nu gehalveerde echtpaar. Ik zie niet dat tussen de benen van de weduwe nog een kleiner hondje ligt. Ik stap per ongeluk op een pootje, het hondje springt op en begint te blaffen. Ook de hond op de schoot van de buurman springt op en begint ter verdediging van het bazinnetje hard te blaffen. In één keer is de rustige sfeer van de crematie verdwenen. Ik geef desondanks twee kussen op beide wangen en spoedt me dan naar de uitgang.
Reacties