1000000 katten

Als we zitten te pauzeren na de eerste ronde van de tweede repetitie van de Suzannes stapt een lange man het gebouw binnen. Het is de tekenaar G. Wasco, the original deepfreeze boy, schrijver van de tekst van het gelijknamige nummer, de langste van de drie Spoel-broers, en hij is in gezelschap van zijn vriendin. Ze zijn gekomen om de Suzannes te beluisteren en te bekijken, want Enschede is nogal ver en voor hen is Amsterdam dichtbij want ze wonen er. Wasco overhandigt me zijn nieuwste boek, 1000000 katten. Ik blader het boekje door en geloof er geen snars van, in dit boekje bevinden zich bij lange na geen miljoen katten. Maar het is opnieuw een geweldige hoeveelheid tekeningen in de eindeloze stroom van de kwalitatief hoogstaande kunstuitingen van Wasco in de reeks Microbe-uitgaven.

Achterop de EP van de Suzannes staat de tekst: "All songs by the SUZANNES except 'Deepfreeze Boy' by Spoel-Spoel" en Wasco vertelt hoe het nummer tot stand is gekomen. Hij wedde dat je in vijf minuten een punknummer kon schrijven en bewees het door aan de keukentafel van ons ouderlijk huis in de Noorderkroonstraat onmiddellijk de daad bij het woord te voegen. Dat werd het nummer Deepfreeze Boy: "They say that I'm a deepfreeze boy, but I put fire to their skins!"

We spelen onze set voor een enthousiast publiek van twee en halen in de tweede pauze herinneringen op aan vroeger. Er blijkt maar weer hoe onbetrouwbaar het geheugen is want alle vier herinneren we ons andere bijzonderheden en soms lijkt het of we de verschillende optredens in verschillende bezettingen hebben gespeeld, want de één is het optreden glad vergeten, de ander herinnert zich weer een ander optreden. De gitarist herinnert zich dat ik in Groningen zijn gitaar inpikte en hem daarmee tot zanger van de band maakte, ik herinner me van dat optreden vooral de weg er naar toe, hoe verkouden ik was en me onderweg volstopte met sinaasappels en hoestsiroop waardoor ik high van de codeïne in de Oosterpoort aankwam. Ook herinner ik me goed de eindeloze soundcheck van de drummer van Ultravox in de Stokvishallen in Arnhem, waarop wij bijna een uur moesten wachten voordat wij onze soundcheck konden doen.
Ook het woord Kut dat door de zanger van de gelijknamige popgroep met een zwarte spuitbus op de maagdelijke lichtgele bakstenen muur achter het podium werd gespoten van het pasgeopende cultureel centrum in Winterswijk wordt gememoreerd.

Daarna spelen we onze set een derde keer en keren we tevreden huiswaarts. Het gaat lukken. De Suzannes zijn terug! Een kat heeft negen levens, de Suzannes zijn onsterfelijk.

Reacties

Populaire posts