Louis Paul Boon: Mijn kleine oorlog
Waarde lezer, lees dit boek niet met de ogen van een literair criticus, speur niet naar overtollige of ontbrekende of gebrekkige punctuatie, niet naar onhollandse uitdrukkingen noch naar gallicismen, maar lees het met uw hart, met een sprankel van het grootmenselijk gevoel waarmede Boon het geschreven heeft. Uw diepste menselijke waardigheid zal wakker worden en allicht zult gij de schrijver behulpzaam zijn bij het vertrappen van die miljarden larven waardoor wij belegerd worden, ieder van ons in zijn eigen kleine idealistische schans, van die larven die de Grote Verbroedering in de weg staan, de verbroedering van blanken en zwarten, van Britten, Moffen en Russen, de verbroedering die althans aan de grootste collectieve gruwel een eind zal maken: aan de oorlog. Schaart u onder Boon's vaandel, want zijn Kleine Oorlog is niets anders dan de 'oorlog aan de oorlog'.
Daar valt weinig aan toe te voegen, of toch, een klein stukje Boon zelf om een indruk te geven.
Ge zoudt liever een ander boek schrijven - grootser, dieper, mooier. Ge zoudt het dan noemen 'dit zijn de vloeken en gebeden van de kleine man tegenover de grote oorlog, dit zijn zangen, dit is DE BIJBEL VAN DE OORLOG'. De volgende dag wenst ge niets liever dan uw pen stuk te stompen - het is opwindend zoiets, maar ge zijt verplicht u de volgende dag een nieuwe pen te kopen - want schrijven doet ge toch, het is een natuurlijke behoefte. De ene mens vloekt zich dood, de andere loopt zijn kop tegen de muren stuk.
Gij schrijft uw Kleine Oorlog.
Het lijkt een klein boekje, Mijn kleine oorlog van Louis Paul Boon, maar het is een groots boek van een groots schrijver.
Reacties