Re: Pincoffs

Ik fiets over de kade en opeens zie ik door een verlicht raampje waardoor je in een sousterrain kijkt het gezicht van mijn tegenspeler. Hij zit aan een tafeltje en tegenover hem zit, naar later blijkt, de regisseur. Ik heb het gevonden. Ik maak mijn fiets vast en op dat moment komt van een trap van boven een gezelschap naar beneden. Eén van hen is de vrouw die vorig jaar ook meedeed in de Museumnacht, een ander is haar man. Ze zijn vergezeld van een vrouw met donker krullend haar en een jongen van een jaar of achttien. Nog meer spelers, blijkt. Ik ben niet te laat.
We lezen eerst onze teksten en maken dan een wandeling over de kade, de route die de toeschouwers gaan lopen tijdens de voorstelling. Met behulp van een mp3-speler horen ze in hun hoofd de stem van Pincoffs die een laatste wandeling door Rotterdam maakt, vlak voor zijn vlucht. Ik weet weinig over Pincoffs. Een oplichter die een soort pyramidespel leidde en er met de buit vandoor ging. Of hij alleen vluchtte of met vrouw en kinderen, ik weet het niet. Tijdens hun wandeling krijgen de toeschouwers een aantal gespeelde scènes te zien. Eerst een scène tussen Pincoffs' vrouw, dan een scène tussen een groepje arbeiders en ten slotte de scène tussen Viruly en Mees.
Ik vraag me af hoe ik moet spelen. Moet ik bekakt praten? Praten zoals ze indertijd deden. Moeten we gewoon modern spelen? Alsof het nu is? De soundtrack gaat klinken alsof het het Rotterdam van meer dan honderd jaar geleden is. Met paard-en-wagens en de geluiden van de haven die toen nog midden in de stad was. Goede vraag voor de regisseur.
Reacties