Victor Hugo: Notre-Dame de Paris
Ze blijven aan me trekken, de klassieken. In december speelde in 't Kapelletje de voorstelling De klokkenluider van de Euromast, losjes gebaseerd op de Disney-film De klokkenluider van de Notre-Dame, die weer gebaseerd was op het gelijknamige boek van Victor Hugo. Alhoewel, gelijknamig? De oorspronkelijke titel van het boek is Notre-Dame de Paris en die titel doet het boek meer recht dan Quasimodo, de klokkenluider, tot hoofdpersoon uit te roepen. De werkelijke hoofdpersoon van het boek is namelijk de kathedraal in het centrum van Parijs.
Hoofdstukken lang gaat het boek over de stad Parijs, hoe die in de tijd dat het boek speelt er uit zag, rond 1482, en hoe het er in het nu van de schrijver, 1830, uitziet. Pagina's lang zet de schrijver de handeling stil voor een verhandeling over het uiterlijk van de stad. Dat klinkt saai en deze hoofdstukken sloeg ik zelfs eerst even over. Maar het boek is uiteindelijk toch niet voor niets een klassieker, het is een prachtig verhaal over liefde en jaloezie tussen een groot aantal hoofdrolspelers die zich allemaal rond de Notre-Dame bewegen.
Ook zit er veel humor in het boek. Hugo is bijvoorbeeld een stuk komischer dan Dumas in De graaf van Monte-Cristo. Notre-Dame de Paris is een spannend verhaal maar met een groot aantal komische passages. Koning Lodewijk de Zesde wordt geschetst als een gierig man, die wel geld aan zijn eigen gezondheid en veiligheid uit wil geven, maar niet aan zijn ondergeschikten. Pierre Gringoire, de schrijver en filosoof, is een belangrijke bijfiguur. Hij trouwt met Esmeralda maar zijn liefde voor haar wordt niet beantwoord en hij wordt verliefd op haar geit Djali.
De belangrijkste handeling voltrekt zich rondom Claude Frollo, de aartsdeken, die ondanks zijn celibaat verliefd wordt op de Egyptische La Esmeralda, een zigeunerin die danst en zingt op het plein voor de kathedraal. Hij probeert haar te schaken met de hulp van Quasimodo die hij als vondeling heeft opgevoed en als klokkenluider heeft aangesteld. Zij wordt gered door kapitein Phoebus, een enigszins lichtzinnige militair, die haar, La Esmeralda, in bed probeert te lokken alhoewel hij verloofd is, en later ook trouwt, met een adellijke jongedame.
De plot is te ingewikkeld om na te vertellen maar in zo'n 400 pagina's voltrekt zich zo langzamerhand een drama dat zo gruwelijk en bloederig is dat ik me niet kan voorstellen hoe daar een Disney-film van gemaakt is zonder het origineel verschrikkelijk geweld aan te doen. Bijna niemand overleeft de geschiedenis en daarbij leeft niemand lang en gelukkig. In het een na laatste hoofdstuk trouwt Phoebus toch nog, maar van hem wordt gezegd: "Phoebus Chateaupers kwam ook tragisch aan zijn eind: hij trouwde."
Foto: het standbeeld van Victor Hugo in zijn geboorteplaats Besançon, door mij tijdens de afgelopen zomervakantie gefotografeerd.
Hoofdstukken lang gaat het boek over de stad Parijs, hoe die in de tijd dat het boek speelt er uit zag, rond 1482, en hoe het er in het nu van de schrijver, 1830, uitziet. Pagina's lang zet de schrijver de handeling stil voor een verhandeling over het uiterlijk van de stad. Dat klinkt saai en deze hoofdstukken sloeg ik zelfs eerst even over. Maar het boek is uiteindelijk toch niet voor niets een klassieker, het is een prachtig verhaal over liefde en jaloezie tussen een groot aantal hoofdrolspelers die zich allemaal rond de Notre-Dame bewegen.
Ook zit er veel humor in het boek. Hugo is bijvoorbeeld een stuk komischer dan Dumas in De graaf van Monte-Cristo. Notre-Dame de Paris is een spannend verhaal maar met een groot aantal komische passages. Koning Lodewijk de Zesde wordt geschetst als een gierig man, die wel geld aan zijn eigen gezondheid en veiligheid uit wil geven, maar niet aan zijn ondergeschikten. Pierre Gringoire, de schrijver en filosoof, is een belangrijke bijfiguur. Hij trouwt met Esmeralda maar zijn liefde voor haar wordt niet beantwoord en hij wordt verliefd op haar geit Djali.
De belangrijkste handeling voltrekt zich rondom Claude Frollo, de aartsdeken, die ondanks zijn celibaat verliefd wordt op de Egyptische La Esmeralda, een zigeunerin die danst en zingt op het plein voor de kathedraal. Hij probeert haar te schaken met de hulp van Quasimodo die hij als vondeling heeft opgevoed en als klokkenluider heeft aangesteld. Zij wordt gered door kapitein Phoebus, een enigszins lichtzinnige militair, die haar, La Esmeralda, in bed probeert te lokken alhoewel hij verloofd is, en later ook trouwt, met een adellijke jongedame.
De plot is te ingewikkeld om na te vertellen maar in zo'n 400 pagina's voltrekt zich zo langzamerhand een drama dat zo gruwelijk en bloederig is dat ik me niet kan voorstellen hoe daar een Disney-film van gemaakt is zonder het origineel verschrikkelijk geweld aan te doen. Bijna niemand overleeft de geschiedenis en daarbij leeft niemand lang en gelukkig. In het een na laatste hoofdstuk trouwt Phoebus toch nog, maar van hem wordt gezegd: "Phoebus Chateaupers kwam ook tragisch aan zijn eind: hij trouwde."
Foto: het standbeeld van Victor Hugo in zijn geboorteplaats Besançon, door mij tijdens de afgelopen zomervakantie gefotografeerd.
Reacties