Xavier de Maistre: Voyage autour de ma chambre
Een grappig klein boekje om te lezen in quarantaine. De schrijver heeft huisarrest en moet zes weken gedwongen thuisblijven. In die periode maakt hij een reis door zijn kamer. Hij bekijkt de schilderijen aan de muur. Herinnert zich zijn minnares, Mme de Hautcastel, met wie hij het bed heeft gedeeld. Gescheiden van vrienden, geliefden en familie is Xavier de Maistre niet alleen. Hij wordt vergezeld van zijn hond Rosine en zijn huisknecht Joannetti.
Hij droomt van een conversatie tussen Plato, Pericles, Hippocrates, Aspasi en dokter Cigna, de laatste een beroemde arts uit Turijn. Naast de actualiteit van de quarantaine is deze imaginaire conversatie ook actueel, want Hippocrates beweert dat het aantal schimmen dat de veerman Caron iedere dag naar het dodenrijk brengt, iedere dag hetzelfde is. Met andere woorden, de progressie van de medische wetenschap heeft geen invloed op het aantal sterfgevallen per dag.
De tweeënveertig dagen in quarantaine is, gelijk de vastentijd, een periode van overdenking. Zo denkt hij na over de 'ziel' en 'het beest' die beiden in zijn lichaam huizen. Soms neemt de één de overhand, dan weer de ander. Zo herinnert hij zich hoe hij op weg gaat naar de koning voor een belangrijke afspraak maar dan brengt het beest hem voor de voordeur van zijn minnares. Zo wordt hij soms geleid door zijn verstand en dan gooien zijn driften roet in het eten.
Er is een vervolg, een nachtelijke reis door mijn kamer, dat zal ik bij gelegenheid ook nog eens lezen. Een dun boekje als dit is een mooi tussendoortje.
Hij droomt van een conversatie tussen Plato, Pericles, Hippocrates, Aspasi en dokter Cigna, de laatste een beroemde arts uit Turijn. Naast de actualiteit van de quarantaine is deze imaginaire conversatie ook actueel, want Hippocrates beweert dat het aantal schimmen dat de veerman Caron iedere dag naar het dodenrijk brengt, iedere dag hetzelfde is. Met andere woorden, de progressie van de medische wetenschap heeft geen invloed op het aantal sterfgevallen per dag.
De tweeënveertig dagen in quarantaine is, gelijk de vastentijd, een periode van overdenking. Zo denkt hij na over de 'ziel' en 'het beest' die beiden in zijn lichaam huizen. Soms neemt de één de overhand, dan weer de ander. Zo herinnert hij zich hoe hij op weg gaat naar de koning voor een belangrijke afspraak maar dan brengt het beest hem voor de voordeur van zijn minnares. Zo wordt hij soms geleid door zijn verstand en dan gooien zijn driften roet in het eten.
Er is een vervolg, een nachtelijke reis door mijn kamer, dat zal ik bij gelegenheid ook nog eens lezen. Een dun boekje als dit is een mooi tussendoortje.
Reacties